Naast de fysiotherapeut zijn er meer zorgverleners betrokken bij de ziekte van Parkinson
Bij het vermoeden van de ziekte van Parkinson zal de huisarts u doorverwijzen naar de neuroloog. Als de diagnose is vastgesteld door de neuroloog, zal die normaliter de medicatie voorschrijven.
Bij uw eerste bezoek aan de neuroloog zal deze meestal eerst onderzoek laten doen. Dat kan een bewegingsonderzoek zijn, een scan van de hersenen of het geven van diagnostische medicatie. Als de diagnose Parkinson definitief is vastgesteld krijgt u medicatie voorgeschreven. De neuroloog werkt vaak nauw samen met de Parkinson verpleegkundige. De neuroloog kan u ook doorverwijzen naar één van de andere genoemde zorgverleners.
De Parkinsonverpleegkundige werkt nauw samen met de neuroloog en heeft een eigen spreekuur waar u met uw vragen terecht. Bijvoorbeeld over problemen veroorzaakt door de ziekte, bijwerkingen van de medicatie, verandering van gedrag, ondersteuning van uw partner en het oplossen van praktische problemen in huis.
De ergotherapeut kan u helpen als u beperkingen ervaart in uw thuissituatie, persoonlijke verzorging of werksituatie. Ook zijn zij gespecialiseerd in hoe u uw energie het beste kunt verdelen over de dag. De ergotherapeut heeft daarnaast een adviesfunctie voor de partner en/of mantelzorger.
Bij een deel van de mensen met de ziekte van Parkinson wordt vroeger of later de stem aangetast. Het spraakvolume kan afnemen en het praten kan onduidelijker worden. De logopediste kan u helpen uw stem zo goed mogelijk te gebruiken en te trainen.
Voeding is belangrijk bij de opbouw van uw spieren en uithoudingsvermogen. Door het aanpassen van uw voedingspatroon kunt u zorgen dat uw lichaam optimaal ingesteld wordt. Daarnaast is het van belang te kijken naar uw medicatie inname in relatie tot uw maaltijden. De diëtiste kan u hierbij helpen.
Mensen met parkinson slikken veel verschillende medicijnen. De rol van de apotherker is om u hierover te informeren en uw medicatie goed in de gaten te blijven houden.
De ziekte van Parkinson heeft ook gevolgen voor de mentale gezondheid. De impact hiervan kan groot zijn. Geen interesse meer hebben, geen initiatief meer nemen, depressiviteit en verandering van gedrag en persoonlijkheid zijn hiervan voorbeelden. Voor iemand met de ziekte van Parkinson of voor de partner en mantelzorgers kan psychologische hulp daarom nuttig zijn.
De ziekte van Parkinson gaat niet over, deze wordt in de loop der jaren erger. In een meer gevorderd stadium kan het zo zijn dat activiteiten als wassen, aankleden, medicatie op tijd innemen en naar bed gaan een probleem vormen. Hierbij kan de wijkverpleging of thuiszorg hulp bieden.